Joerie, joerie, botter en brood,
as ek jou kry, slaat ek jou dood

Monday, February 25, 2013

HOOGVLUG


 De blauwe vogel

Maeterlinck schreef hem,
Magritte die schilderde
Nietzsche die dacht hem en
Rilke die dichtte
hem steeds verder van zich af.

Eén iemand zingt hem,
een ander die danst hem
en nog iemand droomt onbeschroomd
hem in lauw-erotische dromen nabij.

Ouders realiseren hem,
kinderen fantaseren,
grootouders herinneren zich,
stervenden vliegen
op zijn vleugels mee weg.

Een enkeling sport hem
en nog één die kort hem
het leven door roken wat in.
Die drinkt ziet er twee
maar wordt wakker met géén
die snuift zweeft alleen
die slikt voelt zich één met de rest.

…zo fladdert iedereen
maar wat rond met zijn kooi.

En ik?
Ik zocht en probeerde
met de stomste combinaties:
ik  symboliseerde
en esthetiseerde
en filosofeerde vanalles ineen.
Het werd soms een vlieg
en soms een blauwe mug.
En was ’t eens een vogel
dan was hij pikzwart
met schubben voor veren
zonder krop en met stenen in ’t hart.

Tot op een dag, ik lag nog te slapen,
een vogel me onzacht deed ontwaken-
die kwett’rend de dagendraad vrolijk verderspon.
Mij daagde ’t ook plots:
ik dacht terug aan die rots
aan de Côte d’Azul waar Maeterlinck
zijn Point de Vue had gehad,
en zag in de duif van Magritte
Liesbeths blauwe grasparkiet
zich verheffen, onaangedaan
van het duistere zwerk.

‘Kooi’ is ook maar pejoratief
voor ‘nest’.







No comments:

Post a Comment